Het zijn moeilijke tijden voor de Sint en zijn Knechten. Geraken ze vannacht nog binnen? Een overzicht van de Knesselaarse bronnen over zijn passage door ons dorp.
Het oudste streekbericht waarin Sinterklaas wordt vermeld – in ’t Getrouwe Maldeghem – dateert van 1893 en gaat over Sluis. In december 1902 geeft de hoofdredacteur aan zijn lezers een interessant overzichtje over het klaasfeest en alle oeroude gebruiken daarrond. Van het bakken van bijzonder gebak tot het schip van de Sint dat herinnerde aan Wodan, van het varken met vergulde strepen tot de wagen die door “evers met gouden borstelen getrokken werd”. De rode mantel van de heilige doet denken aan “den vurigen mantel van den heilige, het rosse hoofd- en kinhaar van den onweersgod Donar”…Hier is voor het eerst ook spraak van de knecht, van geschenken uit het rijke toverland in het verre Zuiden, waar de oranje-appelen groeien en het altijd zomer is.
Oudste bronnen
In december 1904 verschijnt in ’t Getrouwe Maldeghem een verhaaltje waarin de Sint “door de kave kon binnenkomen zonder zijn witte kleedsel zwart te maken…”
Enkele jaren later, in een ‘Sinterklaas–Droompje’ (6 dec.1908) krijgt de Sint in diezelfde krant “een grooten grijzen baard en lange witte kazuifel, een kostbare mijter met zeldzame edelstenen bezet en een gouden staf”, en zijn er ook “vele stoute, booze, kwaadaardige en ongehoorzame kinderen”… Het kind in kwestie, waar het in dat verhaal over gaat, heeft ook een klomp met geschenken klaargezet. “Wijl de knecht rapen, peen, en aardappelschillen” kreeg, was er voor de kleine benevens suikergoed, sinaasappels, mannen en vrouwtjes in speculaas ook “eene groote, schoon gekleede pop”.
En hoe zat het in oorlogstijd (14-18)? Dan vinden we de Sint hier en daar vermeld in de berichtgeving over hulp van overzee. Er wordt bericht over “het Sinterklaasschip met Kerstgeschenken van de Amerikaansche kinderen voor de kinderen van soldaten en zeelieden in Europa die in den oorlog zijn of waren”…
In 1933 verschijnt in ’t Getrouwe Maldeghem, deze unieke bron voor lokale geschiedenis, voor het eerst een tekening (foto’s waren nog zeldzaam) van de stoomboot uit Spanje boven een gedichtje van de vrouw van Victor De Lille, uitgever van de krant.

De Hongaarse meisjes Yolan en Margit poseren tussen speelgoed. Wellicht het oudste Knesselaarse portret met een Sinterklaastafereel. De meisjes werden opgevangen bij de fotograaf Alfons Hooft senior (jaren 1920)
Knesselare
In die jaren 1930 verschijnt het eerste nieuws over de Sint in Knesselare, wanneer hij op bezoek komt in “de patronage”, op uitnodiging van de toenmalige Bond der Kroostrijke Gezinnen (nu Gezinsbond). Kinderen van de leden krijgen er een geschenkje. Even tussendoor: de Bond werd hier gesticht in 1928, door Octaaf Arnaut, Emiel Buyse, Adolf De Baets (voorzitter), Jean-Baptiste Magerman, Leon Rodts, Florent Spanhove, Emiel Speeckaert, Herman Van de Casteele en Gaston Vanden Heuvel, op initiatief van de bezige onderpastoor De Sutter.
Meteen werden honderd leden ingeschreven. Werkende leden moesten in de eerste jaren tenminste vier kinderen hebben, vanaf 1950 drie, na de omvorming tot Bond der Grote & Jonge Gezinnen ging de deur open voor iedereen. Hierover lezen we: “Een heerlijk feestje zal ’t zijn: 15 nummers! Zang en declamatie, gebarenspel en turnoefeningen voor groot en klein. Een toneelstukje ook: Sinterklaas en De Dwergen”. Communicatie en commercie haken zich stilaan vast aan de stoomboot uit Spanje. In dezelfde krant ook al kooptips voor “nuttige” Sint-Niklaasgeschenken: “fototoestellen vanaf 37,5 frank, films, albums en alle fotobenoodigheden bij Maurits Hooft, fotograaf, Knesselare”. In diezelfde jaren 1930 vonden we ook de eerste beeldreclame waarin de Sint een Point Bleu-radio aanraadt als “Het Schoonste Geschenk”.
De Sint kwam her en der ook al aan huis:

In het begin waren er nogal wat varianten op de vormgeving van Klaas en knecht. Een beeld van een vrouwelijke Sint (Suzanne Verkimpe) en haar helpster Elza Verheye. De kinderen zijn Fons, Godelieve en Cecile Hooft (1934, Foto Hooft)

Speelgoed krijgen hoort er al lang bij. Een mooi beeld van de dag dat poppen weer aankwamen uit Spanje (Foto Studio Hooft)
Oorlog en vrede
In de aanloop naar de Tweede Wereldoorlog, in volle mobilisatietijd, lezen we: “Op klaasavond zit het gezin rond den haard vereenigd en grootmoeder zingt: Sint Niklaas kapoentje, Leg wat in ons schoentje, Geef ons Theofielke wat, En Henri ’n schop in zijn g…!”. Maar dan al voelt men dat er narigheid op komt is… “Zal vader thuis zijn? Staat hij niet met het geweer aan den voet ‘ergens in België’? Deze Klaasavond zal in menig gezin aan moeders oog een bittere traan ontrukken. Er zal immers iemand te kort zijn. “Mocht het Sint Niklaas believen, door zijn voorspraak er het schoonste geschenk in te leggen dat een mensch in dezen tijd maar droomen kan: VREDE!” Hoe dankbaar zouden onze menschen zijn!”
Nog in oorlogstijd komt de Sint in Middelburg en andere Nederlandse steden voor de Vlaamse vluchtelingen. “Wanneer Sinterklaas door België rijdt, dan gaat zijn rit boven de daken: door de schoorstenen heen laat zijn knechtje, Zwarte Piet, het speelgoed en de lekkernijen dalen in de schoentjes der kleuters… Wat een verschrikking zal het dit jaar voor de Sint geweest zijn op zijn nachtreis door het ongelukkige land! Wat zal zijn oud paard gestruikeld hebben over verbrande daken, rookende puinen, verschroeide balken! Wat zal Zwarte Piet geschrokken hebben bij het gerommel van akelig kanongebulder… bij het gekreun van stervende menschen… van vaders, die in een laatste gedachte het beeld van ’t arme kindje terugzien.”
Ook na 1944 bleef de Knesselaarse Bond der Kroostrijke gezinnen heel lang jaarlijkse Sinterklaasfeesten organiseren, met feestactiviteiten, optredens, filmvoorstellingen, pakjes en nog veel meer. En was dat er niet, dan trokken op de wagens van de Bond de Sint en Zwarte Piet rond in de gemeente. In 1960 krijgen de kinderen van de leden in hun zakje mee: “550 handtasjes van Trefin, 1 appelsien, 1 wafel, 1 luxe-caramel, 5 koeken (“gagarnieerd”), 1 stamper”, lezen we in het archief. De Bond was een van de grootste verenigingen van de gemeente. In de jaren 1960 telde men 200 tot 300 leden. De Sinterklaasfeesten en moederfeesten waren heel lang de belangrijkste activiteit voor Bondsleden en hun kinderen (naast de dienstverlening – zegeltjes/kinderoppas etc…).

De Sint maakte niet zelden ook een ommetje naar plaatsen waar er al snel een borrel of ander drankje werd voorgeschoven. Burgemeester Maurits Devreese heft het glas met de gezonnebrilde Sint, omringd door gemeentebestuurders (1968)

Beeld van een hedendaags klaasfeest in de Flabuit (klaasfeest van de Gezinsbond, foto Remi De Spiegeleire, 2016)
Zwarte Piet
Er was de jongste jaren wat te doen over Zwarte Piet. Een aantal instanties, waaronder onder meer toppers van vakbonden, tv-zenders en onderwijskoepels, wat theater- en tv-makers, zanger Bart Peeters en de kinderrechtencommissaris – en helaas ook de top van de Gezinsbond – besloten in hun Pietenpact dat zoals in Nederland ook hier Zwarte Piet moet vervangen worden door een ‘roetveegpiet’. De reacties waren fel. De zwarte comédienne Lies Lefever formuleerde het zo: “Alle mensen die nog een échte zwarte piet over de vloer willen, bel mij gerust. Pietenpact, mijn zwarte gat nondedju!”, twitterde ze.
“Mogen er morgen nog kerkklokken luiden?”, vroeg Mia Doornaert in De Standaard. Volgens grootschalig onderzoek in Nederland was daar 80 procent van de mensen tegen de verandering van de traditionele Zwarte Piet. Bij ons werd een petitie (www.zwartepietmoetblijven.be) door tienduizenden ondertekend. De initiatiefnemers spraken klare taal: “Zwarte Piet is geen symbool van de slavernij, en is dat ook nooit geweest”. Mensen die het hebben meegemaakt weten wel beter: de De vele Sinten hadden een zwarte knecht, zoals de boeren witte knechten hadden.
Het Pietenpact werd na overleg met de lokale afdelingen van de Bond weer afgevoerd. “Het was een terechte bekommernis van veel vrijwilligers dat we hier de lokale afdelingen vrij zouden laten beslissen hoe ze het feest invullen”, aldus de woordvoerder van de Gezinsbond. Ook de twee Knesselaarse scholen die al jaren lang bezoek krijgen van de Sint en zijn gevolg toonden zich onbekommerd. “Niemand maakt er hier problemen van”, aldus de directies in 2017.
Toch duiken er ook vandaag nog Piet-contestanten op in Aalter. Jesse De Meulenaere, gemeenteraadslid voor Groen, vroeg op de gemeenteraad van september Zwarte Piet in Aalter te weren uit de eigen activiteiten van de gemeente. Maar burgemeester Pieter De Crem en co wuifden dat voorstel weg.“Maar wat is het probleem eigenlijk? Zwarte Piet is nog altijd zwart omdat hij door de schouw komt, toch? Punt!”, reageerde de burgemeester.