Wat vonden we in onze gazetten van 1966? Berichten over het eerste kostuumke voor de fanfare, over zwarte wolken boven onze molen en over ons carnaval, voor de negende keer op rij het grootste volksfeest van de gemeente. Maar ook wat beeldgetuigen over een Sterre, over doppers, over de champetter, over de zestigers van vandaag op hun schoolfeest van toen. Back to 1966 dus.
Op 20 maart 1966 trok de laatste carnavalstoet rond van een reeks die midden de jaren 1950 was gestart. Op die dag trad de fanfare Willen is Kunnen voor het eerst op met de nieuwe kostuums. Dat werd gevierd met nog zeven andere muziekkorpsen uit de streek.
Omer Mattheeuws uit de Kerkstraat was de hoofdfiguur in de stoet die werd georganiseerd door de Feestraad. Jozef Vanthuyne, perscorrespondent voor diverse regionale bladen, vernoemde volgende groepen: “De groep Moulin Rouge uit de Molen- en Kerkstraat, de bonte ‘Piste aux Etoiles’ uit de Kloosterstraat, de tachtigkoppige groep De Regering van Morgen uit de Hoekestraat, de Ku-Klux Klan, een spectaculaire gangsterbende uit de Hellestraat, de mooie Losbollen uit de Veldstraat, een Beatlesgroep (de sixties!) uitgebeeld door de Knesselaarse jeugd, een Vedettenparade door de jongerengroep De Beerkes en uiteindelijk Prins Omer en zijn gevolg. Hieronder een kleine prentenbak.
Carnaval ging ook door voor het goede doel: de opbrengst van een feestavond met de Ricky’s ging naar het werk ‘Honger in Indië’. De zondag werd de vlag van Willen is Kunnen ingewijd en op De Plaats voerden om 18.30 uur 250 muzikanten de Flabbaertmars uit en Marineblauw, speciaal voor die gelegenheid gecomponeerd door toondichter Gerard Van de Casteele.
Voetbalclub Harop Knesselare vierde in april een van de grootste feesten uit z’n geschiedenis. Harop mocht instaan voor de organisatie van de 26ste Bondsmissiedag, een initiatief van KKVS. Op het voetbalveld in de Sportstraat waren er natuurlijk wedstrijden, maar ook optredens van muziekverenigingen, turndemonstraties en een internationale wedstrijd van de Oost-Vlaamse bondsploeg tegen een Duits team.
Molen bedreigd (toen ook…)
In juni schrijven de kranten over “heel wat beroering, ontstaan in de culturele en heemkundige kringen van de gemeente Knesselare en ver daarbuiten, omtrent de geruchten van de mogelijke verkoop van de mooie windmolen van Henri Taets, die na de dood van de molenaar in 1965 aan zijn lot werd overgelaten. Onder meer de Vlaamse Toeristenbond had al pogingen ondernomen om de molen te laten klasseren.
De Driesmolen was de oudste molen van de streek. Hij staat reeds vermeld op de kaarten van Sanderus (1641) en in een document over “een prijsie (raming) der kosten van het maeken van den meulenberg onder den meulen genaemt ter Piete te Knesselaere anno 1664″. In de molen vindt men op de ribben nog oudere data (1364, 1563).
Jozef Vanthuyne noteerde voorts: “De geruchten over het slopen of verplaatsen van de molen bleken voorbarig. De Rederijkerskamer van Knesselare en de cultuurraad, opgericht in de schoot van de Eed van die vereniging, vroegen in een brief om het behoud van de molen, “ten einde een van de weinige historische overblijfselen die de gemeente rijk is voor verdwijning te behoeden”.
De gemeenteraad besliste eenparig de molen aan te kopen. Het dossier is dezer dagen opnieuw actueel, want omwonenden maken zich opnieuw zorgen over de toekomst van dit stuk erfgoed.
Na een “korte periode van mindere activiteit” (het jaar voordien werd Reinaard De Vos opgevoerd in Het Drongengoed – zie artikel over 1965) spelen de Strijdbroeders/Rederijkers met jong volk het kerststuk ‘Waar de sterre bleef stille staan‘. We menen volgende spelers te herkennen: onderaan Christine Van Hooreweghe, Jo Vanthuyne, Rozemarijn De Neve, Julien Willems, Dirk Van Ryckeghem, Omer Mattheeuws, Denise Van Hooreweghe. Boven: Annemie Van de Casteele, Geert Van Ryckeghem, Frans Veevaete, Lutgarde Van den Kerckhove?, Marleen Van der Bauwhede, Hilde Van Ryckeghem, Juffrouw Maria Goemaere, ?, Walter Van Ryckeghem en Edgard Buyse. Foutjes of aanvulling? Stuur ons een mailtje: janvdc@telenet.be.
Dopperstijd
Een zeldzame foto. Werklozen, toen in de volksmond “doppers” genoemd, moesten door weer en wind (zie de sneeuw op de daken) naar het gemeentehuis hun stempel halen. In lang vervlogen dagen moest dat zelfs tweemaal per dag om in aanmerking te komen voor een uitkering. Het voorkwam dat werklozen zwartwerk konden verrichten. Werklozen vonden dat in veel gevallen nogal vernederend. Wie lid was van een vakbond had soms het voorrecht om op een vast tijdstip te kunnen stempelen of hoefde niet naar een stempellokaal te gaan, maar naar de vakbond.
Onder een boog getrouwd

In augustus huwde de bekende Knesselaarse boogschutter Hilaire De Muynck met Mildret Neirynck. Bij het verlaten van de kerk vormden de leden van de Knesselaarse schuttersgilde de klassieke erehaag.
De zestigjarigen van nu in prille jaren
In 1966 werd in Knesselare de nieuwe Sint-Anna Beroepsschool ingewijd. Het ging volgens de krant toen om “een volwaardige technische afdeling Snit en Naad, die aansluit bij de bestaande kleuter- en lagere klassen. De school opende al in 1962. Vier jaar later werkten er 16 personeelsleden. Een uitbreiding met een handelsschool werd in het vooruitzicht gesteld. Blikvanger van het feest was een groot turn-, zang- en dansfeest. Op het beeld hieronder de zestigjaren van vandaag in de fleur van hun leven …

Foto uit 1966, op het inzegeningsfeest van de Sint-Anna Beroepsschool. Met vooraan de meisjes geboren in 1959, die dit jaar hun zestigste verjaardag vieren. Nog iemand klasfoto’s van die generatie? De organisatoren vragen erom voor hun jubileumfeest. Bouwjaar 1959.
Hola, rustig maar. Het verkeer regelen bij een koers?
In februari overleed oud- veldwachter Richard Van Ryckeghem (74). Hij werd geboren in Petite Synthe in Noord-Frankrijk, woonde in de Kloosterstraat en was – zoals toen nog wel vaker gebeurde met champetters – een Bekende Knesselarenaar. Hij was oud-strijder van de eerste wereldoorlog. Nadat hij het leger verlaten had nam hij dienst bij de gendarmerie in Aalter om in 1933 veldwachter te worden benoemd in Knesselare. In 1958 ging hij met pensioen. Hij was de vader van de bekende Knesselaarse toneelacteur en -regisseur en voorzitter van de Rederijkerskamer Sint-Elooi. Sigaarke en een stoelke, midden op De Plaats.
“Orkaan” over Knesselare

Als sommigen denken dat het weer vroeger jaren ook niet lelijk deed… In 1966 raasde “een orkaan” door Knesselare
Hiermee zijn onze archieven “gazettenpraat” van de jaren 1950 en 1960 en de vroege jaren 1970 uitgeput. Die jaren kunt u terugvinden door in de zoekrobot op deze site (rechts) het gepaste jaartal in te vullen. Zo komt u er wel. Een volgende aflevering nemen we u mee naar 1974.
Jan VdC
ONGEWONE KONIJNEN