Fanfares worden cultureel erfgoed

 

Vlaams minister van Cultuur Jan Jambon (N-VA) heeft de fanfares laten opnemen in de Inventaris ­Vlaanderen van het Immaterieel ­Cultureel Erfgoed. De orkesten zijn een essentieel ­onderdeel van het verenigings- en cultuurleven in Vlaanderen. Immaterieel erfgoed is de som van kennis en praktijken die een lange traditie hebben in een regio. Nu nog afwachten wat dit voor de blaasmuziek concreet kan betekenen.

Er zijn meer dan driehonderd fanfares in Vlaanderen. Vlaams minister van Cultuur Jan Jambon (N-VA) heeft ze nu ­laten opnemen in de Inventaris ­Vlaanderen van het Immaterieel ­Cultureel Erfgoed, samen met het molenaarsambacht. Immaterieel erfgoed is de som van kennis en praktijken die een lange traditie hebben in een regio. Typisch voor Vlaamse fanfares is de aanwezigheid van koperblazers, die hier begonnen zou zijn, en saxofoons, uitgevonden door de Brusselse instrumentenbouwer Adolphe Sax. Duizenden muzikanten hebben hun eerste muzikale opleiding bij een fanfare gekregen.

Een fanfare is een orkest dat bestaat uit koperblazers, saxofoons en slagwerk. Bij een harmonieorkest vind je een deel van die koperblazers, maar ook houtblazers (klarinet, hobo, fagot, e.a. – dwarsfluiten zijn een grensgeval). In een brassband klinken dan weer enkel koperblazers maar geen trompet. Veel van die fanfare-instrumenten zijn door Adolphe Sax uitgevonden of op punt gesteld. De fanfares, met een eigen typische klankkleur, zijn een typisch fenomeen van de Lage Landen. Knesselare ontstond als een fanfare, maar in de jongste decennia voegden zich ook houtblazers bij het Knesselaarse blaasorkest.

In de 19e eeuw wordt de fanfare heel populair. De Knesselaarse werd gesticht in 1888. Het bleef vaak wat onderbelicht, maar blaasorkesten maakten het muziekleven voor veel meer muziekliefhebbers toegankelijk. Ze werden ook een mix van jong en oud, mannen en vrouwen, diverse sociale groepen. Het musiceren werd gekoppeld aan festiviteiten, optredens buiten en binnen. Vandaag zijn er in Vlaanderen iets meer dan driehonderd fanfares.

Het voortaan deel uitmaken van “immaterieel erfgoed” in Vlaanderen betekent dat er nu aandacht zal zijn voor het in stand houden van een aantal zaken die met die brok cultuur te maken hebben: gebruiken, bezetting, instrumenten, repertorium, componisten, uitgeverijen. En van erfgoedbeheer wordt verwacht dat het zorg draagt voor het kunnen doorgeven van al die zaken aan de volgende generaties.

Leuk nieuws, zo lijkt het. Maar wat dat concreet betekent, is nog niet duidelijk. Bij monumenten en landschappen kunnen we ons daar direct iets bij voorstellen. Voor fanfares wordt het nog wachten op verdere verduidelijking.

WIK bij het honderdjarig bestaan, in 1988

 

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s