Hoe zou ’t met Glen zijn? Knesselare danst in Bratislava

Glen Lambrecht (23) woont in Bratislava, de hoofdstad van Slowakije. Hij is er – “jongens doen ook ballet” – professioneel balletdanser bij het Slowaaks Nationaal Ballet Bratislava. Slovenské Národné Divadlo. De jonge danser werd bekend via het VTM reality-programma ‘Jonge Zwanen’. Hij is de zoon van Mia De Sutter en Jo Lambrecht & Christel Mortier.

Glen ging als kind naar de Sint Franciscus Basisschool, en trok nadien voor verdere studies naar de Koninklijke Balletschool Antwerpen, waar hij in 2012 als professioneel danser afstudeerde.

Sindsdien werkte hij als danser, choreograaf en leraar, eerst nog in Vlaanderen (Koninklijk Ballet van Vlaanderen), tot hij een een paar jaar geleden verhuisde naar het Slovaaks Nationaal Ballet Theater in Bratislava.

Hij schitterde in de realityserie ‘Jonge Zwanen’ op VTM en in 2016 behaalde hij nog de tweede prijs van de Belgische danscompetitie (‘Best Young Choreographer’) .

Hier de trailer voor het VTM-programma (Glen halfweg en naar het einde toe in woord en beeld) en Hier  kunt u kennismaken met zijn werk in Bratislava

Maar op Knesselaars Nieuws gaat het vooral om een terugblik op zijn geboortedorp. Duidelijk geen moeilijke opgave voor Glen, die graag met veel warmte denkt en spreekt over zijn familie en zijn “thuisdorp op het platteland”..

Ongetwijfeld leeft in je nog jong leven nog de herinnering aan onderwijsfiguren? Aan wie denk je dan?

Vrijwel al mijn leerkrachten met wie ik het lager onderwijs heb mogen ervaren laten mooie herinneringen na. Toch zijn sommigen mij in het bijzonder bijgebleven (op juf Viviane na allen op bovenstaande foto). Mevrouw Annemie Gyselbrecht die me kwam bezoeken in het ziekenhuis toen ik als peuter mijn been brak. Mevrouw Mia Van den Kerchove in het derde kleuter, die mij de kunst van creatief zijn meegaf. Mevrouw Anne Gyselbrecht die ons tot in de puntjes voorbereidde op onze eerste communieceremonie. Mevrouw Marleen Van Kerrebroeck, die ons vooral leerde gedisciplineerd en zelfstandig te zijn. Meneer Kurt Vereecke, die ons het gevoel voor ritme bijbracht en ons leerde van muziek te houden. Mevrouw Linda Blomme, die ik tot op de dag van vandaag nog altijd enorm dankbaar ben om het idee ‘Jongens doen ook Ballet’ ten volste te steunen en mij op balletklas te laten gaan. Mevrouw Karolien Hertoghe, die als toenmalig startende leerkracht uren klopte als duobaan en van de ene klas naar de andere vloog. Maar altijd de rust en kalmte zelf was. En dan als laatste mevrouw Viviane Van Driessche, die me steunde in het achterna gaan van mijn dromen en mijn hart te volgen. Hoe moeilijk dat toen ook was. Ik ben hen allen dankbaar.

Wat is uw leukste herinnering aan Knesselare?

De kermis. Mijn hart ging altijd te keer als ik die als kind rondom de kerk zag opgebouwd worden. De draaimolen, het viskraam, de oliebollen en het Lunapark, waar ik als tiener uren muntjes in gleufjes stak. Het speelplein tijdens de zomermaanden, waar mijn zus en ik een hele garderobe versleten hebben, zomer na zomer.

En hier hoort ook nog mijn eerste en plechtige communie bij. De weken voorbereiding tijdens en buiten de lessen. De ceremonie in de kerk (de stille oorlog tussen de ouders over wiens kind er het beste uitzag), De vreugde van mijzelf en mijn klasgenoten toen we vooraan in de kerk mochten zingen en een woordje mochten zeggen in de microfoon (die altijd te hoog te laag of te luid stond), onze eerste hostie aten, het uitdelen van onze persoonlijke kaartjes in het gemeentehuis en natuurlijk het tweemaal feesten met familie en vrienden. Dingen om nooit meer te vergeten.

Zit er ooit een terugkeer naar Knesselare in?

Eens mijn carrière als professioneel danser op z’n einde komt en ik voel dat ik voldoende bereikt, gezien en ervaren heb en op een punt kom van voldaan te zijn, zou ik het overwegen om terug te komen naar de rust en kalmte die Knesselare uitstraalt. Wie weet.

Mocht je een standbeeld voor iemand mogen plaatsen in Knesselare, aan wie zou je dan denken en waarom?

Mijn grootouders Gilbert & Diana Lambrecht-De Muynck. In Knesselare en omgeving zeker bekend als de eigenaars van de eerste Opel-garage langs de Urselseweg.

Zij werkten dag en nacht om van hun eerst kleine bedrijfje een bloeiend filiaal in het Knesselaarse straatbeeld te maken. Ook stonden zij doorheen hun carrière dag en nacht klaar niet enkel voor hun familie, maar werkelijk voor iedereen die aan hun deur aanklopte klaar.

Ze hebben een groot hart, dat openstaat voor iedereen. Het hart van Knesselare.

Indien je ooit heimwee had naar Knesselare, waarnaar was dat dan?

De kalmte en stilte die doorheen het dorp heerst. De verse lucht van “den buiten” zoals wij zeggen. Bakkerij Stock, met zijn overheerlijk stokbrood en koffiekoeken, die nu helaas op pensioen is.

Ook wel: de verse frietjes van Frituur Patat in de Kerkstraat. De Belgische friet is helaas nog niet doorgedrongen tot hier in Bratislava. Voorts ook de “om 12u komen eten!”-lunch bij mijn grootouders. De wandelingen door het Drongengoed tijdens de herfstperiode En dan vooral de vele mooie momenten met mijn ouders en familie die ik koester.

Is er iets in je huidige woonplaats dat je enorm waardeert en dat Knesselare helemaal niet te bieden heeft?

Moeilijke vraag.  Knesselare is mijn geboortedorp en heeft een handvol mooie dingen te bieden,  het warme, familiaire ‘iedereen kent iedereen’. Je bent niet vaak een vreemde. De gezellige cafés. Het overvloedige aanbod aan supermarkten, bakkers en kappers! En meer.

Bratislava is de hoofdstad van Slowakije. Het bruisende centrum met al zijn energie, toerisme, cultuur en uitgaansleven. Dat valt vrijwel niet te vergelijken met Knesselare. In Bratislava heerst wel een prachtige traditie tijdens de Winterperiode. De Kerstmarkt en De Notenkraker. Een avond naar de opera met het hele gezin waar het avondvullende ballet “De Notenkraker” de hele kerstperiode wordt opgevoerd, eindigend met een wandeling door de kerstmarkt met al haar typische Slowaakse delicatessen. Vanuit mijn ervaring is dit een prachtige belevenis.

Wat vind je mooi aan Knesselare?

Onze Kerk. Zonder twijfel. En het prachtige Drongengoed.

Mocht je kunnen teruggaan in het verleden EN in Knesselare, waartoe zou dit je leiden?

Naar de voor- en naschoolse kinderopvang Oscar Pluis of “Den Opvang” zoals wij dat indertijd noemden. Daar heb ik als kind intens mooie momenten beleefd. Wat mij het meeste is bijgebleven zijn de boterhammen met choco in vierkantjes gesneden en de limonade. De vele verkleedpartijen. De grote matten in de veranda. “De VERANDA”. De toen nog bestaande bergen in de tuin met de zandbak waar we uren hebben gespeeld. De busrit van de school naar de opvang en het constante gevecht om vanachter te mogen zitten. En uiteraard de fantastische opvoeders waar ik nog heel vaak aan terug denk.

Wat vind je van je Knesselaars dialect (indien je dit nog spreekt) en gebruik je het nog in de omgang met je familie en de mensen van je huidige woonplaats?

Ik heb het dialect zelf nooit echt onder de knie gekregen.  Ik ben van mijn twaalfde het huis uit en nu ik in het buitenland woon wordt dit niet gemakkelijker. Soms vraag ik wel eens “wat bedoel je nou juist?”. Maar ik volg het wel. Ik hoor het graag en heb dan ook niets liever dat mijn familie en vrienden in het dialect met mij conversatie voeren. Toch eentje dat mij bijbleef: “Zue zot of n’ achterdeure”.