De Kloosterstraat wringt zich door een moeilijke periode. Dat heb je als je rioleringen vernieuwt. Wat tot 200 jaar geleden een zandweg was, en nadien tot ca 1950 een kasseiweg wordt nu uiteen getimmerd voor een nieuwe toekomst.
In 1950 verscheen in Appeltjes van het Meetjesland het artikel ‘De Steenweg van Gent naar Brugge van de XVIIIde eeuw”. Auteur Daniël Verstraete bestudeerde de historiek van die weg. Wat leren we hieruit? Verstraete schreef het artikel naar aanleiding van de aanleg van de betonweg (1950) tussen de grens van Knesselare met Oedelem en die van Ursel met Zomergem en die anno 2017 werd en wordt opgebroken en vernieuwd.
Slijk en zand
Voordien en tot 1788 lag er “een aardeweg die in de Winter een slijkstraat en in de Zomer een zandstraat was. Slechts in de dorpskernen (van Ursel en Knesselare) lagen er stenen”. Al minstens in 1275 was er sprake van de ‘Gentsche Heerwegh’ tussen Brugge en Gent. In Ursel, halfweg tussen Brugge en Gent, werden regelmatig ontmoetingen georganiseerd tussen bestuurders van Gent en Brugge. Soms was ook de Graaf van Vlaanderen aanwezig.

Oude kadasterkaart met vermelding van Gentweg. Evident, want het zou nog een halve eeuw duren vooraleer het klooster hier werd gebouwd. De Hellestraat was toen Hemelrijk, de Kwadamstraat Heilig Sacramentstraat.
In alle In oude archiefstukken werd die weg ‘Ouden Ghentwegh’ genoemd. De oudste vermelding van ‘Oude Gentweg’ dateert volgens Verstraete van 1533. Andere wegen van Brugge naar Gent liepen over Eeklo (vanuit de Kruispoort) en over Aalter (vanuit de Kathelijnepoort).
De kasseien zijn er meer dan tweehonderd jaar geleden gekomen na een verzoekschrift van Zomergem, Ursel, Knesselare en Oedelem. Al in 1783 kwam Pierre Jean de Potter, een afgevaardigde van de Raad van Vlaanderen, de weg ter plaatse inspecteren. Voor zijn ‘chaise’ waren vier paarden gespannen maar de reis was zo lastig dat hij toch liever langs de ‘tragel’ van de vaart terugkeerde.De aanvraag van de vier gemeenten werd eerst nog verworpen. Er kwam een nieuwe aanvraag in 1785. Men vermeldde erbij dat de Gentpoort in Brugge de enige stadspoort was van waaruit geen steenweg vertrok.
In 1786 voerde de kasselrij het Brugsche Vrije de aanleg van de kasseiweg uit. De stenen bleven er liggen tot 1950. “De arme reiziger rijdt of stapt hier nog op dezelfde stenen die daar in de grond gestoken werden in 1788…”, schreef Verstraete meer dan anderhalve eeuw later.
De zandweg werd geplaveid, de kasseien werden beton. Het beton werd nu gespleten voor een nieuw wegdek….
Het enige wat nog herkenbaar blijft zijn de namen van de straten. Tot nader order zullen we blijven rijden over een Kloosterstraat zonder klooster en een Sportstraat zonder sport.
Ook het tracé van beide heel oude wegen is “straten oud”…. De Kloosterstraat werd een deel van de Gentweg, de Sportstraat en Kwadamstraat waren vroeger een deel van de lange H.Sacramentstraat. Die naam verwijst naar een nog veel ouder gebruik (de Ommeganck/Processie van Knesselare naar Sint-Joris).
Werken
De werken zijn gevorderd tot aan het kruispunt van de Kloosterstraat met de Sportstraat. Dat kruispunt is dicht tot het bouwverlof in juli. Dat dit vrij lang duurt heeft vooral te maken met de nodige aanpassingen aan een grote watertoevoerleiding en het plaatsen van een overstort, lezen we op de website van de gemeente. Dat laat toe water en druk van de leiding te laten. Ook een aantal nutsleidingen moeten er verlegd worden.
De omgeving van de vroegere jongensschool (nr. 40) wordt ingericht zoals al is gebeurd aan de vroegere meisjesschool (nr. 79), met een verhoogd plateau, brede voet- en fietspaden. In een laatste fase krijgt de Sportstraat vooraan (tot aan verkeersplateau) een nieuwe riolering. Tegen het begin van volgend schooljaar zouden alle werkzaamheden zijn afgerond. (Foto’s Paul V.)