Als Knesselare minder vrachtwagens uit Sint-Joris en Oedelem wil, zal het Beernem moeten overtuigen. Dat zal een win-win-oplossing moeten zijn, aldus de burgemeester van Beernem. Een nieuw onderzoek is zopas gestart. Een compromis is misschien haalbaar, een radicaal vrachtwagenverbod veel minder. Dat zegt ook de Vlaamse Administratie Wegen en Verkeer.
Burgemeester Johan De Rycke (CD&V) verwijst naar het compromis dat na vorige onderhandelingen is bereikt: doorgaand verkeer dat door Knesselare naar Sint-Joris, Beernem of Oedelem wil rijden doen omrijden. “Door het verbod op zwaar verkeer komende van de Knokseweg richting De Plaats rijden nog maar 400 in plaats van 1.000 vrachtwagens door de dorpskern van Knesselare-centrum”, schreef De Standaard in 2007.
Nu ook de andere richting aanpakken, dat zal nog niet voor meteen zijn. Ook De Rycke zegt dat het niet evident is om doorgaand en niet-doorgaand verkeer te scheiden. “Wat met lokaal verkeer? Wat met verkeer dat zowel lokale als niet lokale bestemming heeft?”
De Rycke heeft nog meer bedenkingen: “Het doorgaand verkeer dat niet ter plekke moet zijn, wordt vaak overschat. We leven in een tijd dat veel handelszaken, zeker in de voeding, just-in-time willen worden aangeleverd. Onze leefgewoonten en onze economie zijn bovendien compleet anders dan een paar tientallen jaren geleden. Ga het zelf na: het eerste rijvak van de snelweg en soms ook het tweede, dat is één langgerekt rollend magazijn geworden. En Knesselare moet ook rekening houden met het feit dat ons industriepark op Sint-Joris, maar ook onze landbouw al behoorlijk veel verkeer genereert. Als in Knesselare verkeer van daaruit zou worden tegengehouden dreigt dat ook een verplaatsing te zijn van het probleem naar andere wegen in onze gemeente. Daar zitten we ook niet op te wachten. De meerderheid in Knesselare (Groep 9910) weet dat een akkoord vinden met Beernem nauwelijks haalbaar is”.
Volgens Groen is omleiding van zwaar vervoer en het beperken van overtredingen nochtans heel eenvoudig via een vrachtwagensluis en nummerplaatherkenning. Wie in Knesselare moet zijn wordt geregistreerd en krijgt vrije doorgang. Groen verwijst naar “een proefproject” in Rieme.
Maar is het zo makkelijk? Wie het nieuws over zo’n sluizen in enkele andere gemeenten bekijkt, weet dat (proef)opstellingen daar niet altijd een succes zijn. Het is vooral een verhaal van vallen en opstaan… Er waren op nogal wat plaatsen technische problemen, chauffeurs zijn heel inventief om sluipwegen op te zoeken, controle hierop (slimme camera’s, politie) is complex en duur. De middenstanders (bakkers, krantenwinkels, restaurants, etc.) zijn hier en daar malcontent wegens klantenverlies, bedrijfsleiders zijn niet gelukkig met hinder voor hun transport en bevoorrading, bewoners langs alternatieve routes zijn ontevreden over omwegverkeer en daar wordt ook het wegdek beschadigd. Vrachtwagensluizen belemmeren ook de doorgang voor bussen, brandweer en hulpdiensten…
Is er een winwin-situatie voor beide gemeenten mogelijk?…
Hanne De Blaere (Administratie Wegen-Verkeer, werkgebied West-Vlaanderen) bevestigt dat een degelijk (nieuw) onderzoek, is gestart. Het onderzoek liep vertraging op omdat het in Aalter, wegens de complexe werken aan het Rondpunt, moeilijk meten was. Nu het daar (tijdelijk) iets rustiger is, kan het wel. Overigens zijn tellingen voor Kloosterstraatverkeer met de werken daar momenteel al helemaal onmogelijk.
Het is ook moeilijk omdat er veel partijen bij betrokken zijn. Het onderzoek gaat niet enkel over Beernem-Knesselare, maar over een veel ruimer gebied tussen E40-N9-N44, waarbij dus ook meer gemeenten betrokken zijn. Hanne De Blaere denkt dat een oplossing met bewegwijzering (waar wel en waar niet rijden), zoals in het gebied Ieper-Diksmuide-Roeselare al is gebeurd, meer kans op slagen heeft dan een vrachtwagenverbod of vrachtwagensluis en het inzetten van ‘slimme camera’s’ (herkomstbestemming). Zeker zolang de werken in Aalter en langs de Knokseweg duren. En dat zal nog wel een paar jaar zijn… Pas nadat het onderzoek dat nu is gestart volledig is afgerond en geanalyseerd, komt er verder overleg met alle betrokken partijen.
Uiteindelijk is het de minister van Mobiliteit die beslist. Sinds een jaar geleden (april 2016) de kilometerheffing werd ingevoerd op autosnelwegen en achttien gewestwegen, zijn de regeringspartijen ook over dat thema verdeeld. Het probleem Knesselare/Beernem is maar één van de vele discussiepunten, die ook de nationale politiek verdelen. Veel gemeentebesturen klagen over sluipverkeer. CD&V en Open Vld willen daarom meer tolwegen. De sp.a en Groen volgen graag. Het Vlaams Verkeerscentrum stelde vaste dat het “vrachtverkeer op de snelwegen vanaf april vorig jaar plots fors daalde”, schreef De Morgen. Altijd opletten met cijfers, want de andere kranten spreken van een “stagnatie”. Het persagentschap Belga ook. De website van het Verkeerscentrum dan maar: “De groei van het vrachtverkeer is sinds april 2016 stilgevallen“. Maar dit allemaal terzijde… Hoe dan ook, minister van Mobiliteit Ben Weyts (N-VA) wil eerst de resultaten afwachten van een grootschalige telling en studie. De transportsector wil dan weer zo weinig mogelijk heffing. Daar wordt ook ontkend dat binnendoorrijden zo interessant zou zijn. Er is meer tijdverlies en er is meer brandstofverbruik. De resultaten van het april-onderzoek van Weyts worden verwacht einde april.