Weet u waar dat boompje staat?

 

We overvielen u enkele dagen geleden met het portret van een wegwijzer en de vraag weet u waar dat ding ooit stond. Hieronder het antwoord. Vandaag valt er een boom in uw brievenbus.

Het gaat bij nader toezien niet om “zomaar een boompje”. Onze fotograaf Paul Verhoestraete vindt de boom, mede omwille van de zeldzame eenzaamheid van het ding in een open landschap, zowaar “de mooiste boom van Knesselare”. Voor wie er niet dagelijks op uitkijkt… We laten u even gissen. Over kleuren en smaken gaan we geen discussie openen, maar de boom heeft wel iets. Meer hierover in een volgend bericht, met meteen ook een nieuwe vraag.

Wegwijzer

In een eerste bericht toonden we een wat vreemde wegwijzer. Met de vraag of u het beeld kon lokaliseren. Spectaculair was het allemaal niet. Maar een beetje raar, dat toch wel.

Geef toe,een wegwijzer in Knesselare naar het 15 kilometer verderop gelegen Ruddervoorde, waar haalden ze het? Waarom niet Beernem (dichterbij) of het stadje Torhout (wat verderop)?

We maken van onze vragen voorlopig alvast geen quizje, maar een aantal lezers reageerde toch spontaan, met vier manieren zelfs om het juiste antwoord te vinden. En nu het antwoord: het voorwerp stond op de weg naar Beernem, aan ’t Zuun Djuurus Kapelleke, dus net voorbij de provinciegrens.

Rik V. liet weten de locatie met een passer bij de hand meteen te hebben gevonden. Prima techniek, zo blijkt, want zijn antwoord was juist. Een ander (Gab V.) herinnerde zich nog precies waar die stond. De man is ons niet geheel onbekend. Hij heeft een “paardengeheugen”. Tijd om ons zorgen te maken over onze eigen memorie?

Een derde (VP) wees op die aanduiding N68. N-wegen in dit land zijn secundaire wegen. De N68 is vandaag een gewestweg in de Belgische provincies… Luik en Luxemburg. De weg naar Sint-Joris/Beernem is van daag de N368.

Een vierde man (Frans V), gebruikte dan weer een opvallend kleurrijke methodiek: “Als kind gingen we geregeld te voet naar Sint-Joris, waar Anna, de jongste zuster van mijn moeder woonde, bij het binnenkomen van Sint-Joris, nog voor de brug, recht tegenover de gemeenteschool van meester Goormachtigh. We deden daar een goed halfuur over. Mijn vader rekende afstanden altijd in uren, nooit in kilometer; een uur kwam overeen met 5 km. Een kilometer te voet vergde daarom 12 minuten. Na een goede 20 minuten waren we aan het kapelletje, dus 2 km, naar mijn tante was het 3 km. Ik heb mijn gok over de plaats van die wegwijzer op die redenering gebaseerd, want ik heb die daar nooit weten staan; ook een antiek model. Links van het kapelletje was de weg naar Langendonk, rechts naar Oedelem. Waarom men rechtdoor Ruddervoorde aangeeft en bijvoorbeeld niet Beernem, is me een raadsel; maar meester Ryserhove (die van Beernem was) vertelde altijd dat de Ruddervoordenaars een dikke nek hadden en zich meer achtten dan de Beernemnaars..”

Waarom Ruddervoorde?

Het blijft interessant om te achterhalen waarom er in godsnaam in Knesselare een wegwijzer stond naar Ruddervoorde (en niet bv. naar Beernem of Wingene. Vandaag is dat traject de N368, een gewestweg tussen Knesselare naar de weg Oudenburg-Torhout. Die weg loopt niet via Torhout, maar maakt in Ruddervoorde een knik via Zedelgem en Aartrijke. De weg heeft een lengte van ongeveer 40,5 kilometer. Laat nu die N368 is toch wel die vermaledijde “gewestweg” zijn, waar Knesselare niets over te zeggen heeft en waarlangs we al dat zwaar vrachtverkeer te slikken krijgen.

Hoe oud is die connectie met Ourdenburg/Oostende? In het Knesselaars gemeentearchief vonden we enkele jaren geleden deze kaart uit de jaren 1870, gemaakt in opdracht van de provincie Oost-Vlaanderen “leidende Knesselaere naar de weg nr. 11 van Oostende op Thourout“. Hiermee is het raadsel Ruddervoorde voor “een beetje” opgelost.