Bij navraag in Gooik over marktliederen en wielersport kregen we maanden geleden een tekst doorgestuurd over de Knesselaarse wielrenner Maurits Bruggeman. Ook die is jammerlijk verongelukt. De wilde dood is van alle tijden. De dag na de uitvaart van Bjorg brengen we dit nog even in herinnering.
Het was ons bekend dat Erik Wille een aantal wielerliederen op cd heeft gezet. Hij deed dat op de schijf ‘Van Flandriens en Vlaamsche Leeuwen’. Inspiratie hiervoor vond hij in de boeken van Roger Hessel, vooral in diens boek ‘Duvels op kasseien, marktliederen over de wielersport’.
Het aantal renners, waarover liederen zijn gemaakt wordt op een zestig geschat. Er zijn algemene liederen over de zesdaagse van Gent, diverse Belgische Tourploegen e.d. Het gaat vooral over de Vlaamse grootheden van de eerste helft van de vorige eeuw (De Buyssen, de Maesen, en vele anderen).
Ook over renners die dramatisch aan hun einde kwamen werden liedjes gemaakt. Zo waren er onder meer Karel Verbist, Richard Depoorter en Georges Lemaire. Dat gebruik is niet helemaal geschiedenis geworden. Ook vandaag nog gebeurt het sporadisch. De vandaag populaire groep Het Zesde Metaal heeft een cd ‘Ploegsteert’ uitgebracht waarvan het eerste lied is opgedragen aan Frank Vandenbroucke. (Het werd op de uitvaart van Bjorg ook gedraaid)
In het boek van Hessel staat ook een lied over de Knesselarenaar Maurits Bruggeman. Die overleed in 1937 na een tragische val tijdens een wielerwedstrijd. Hessel vermeldt dat hij “een opkomend renner” was, die nog koerste “om zijn ouders financieel te helpen”. De tekst is geen pareltje, maar een tijdsdocument, bovendien waarschijnlijk geschreven door de Knesselaarse marktzanger André Van De Veire.
Over die Van de Veire, een man met tien kinderen is ons niet veel bekend. Roger Hessel schreef ons hierover het volgende: over André Van De Veire heb ik geen opzoekingen verricht, maar op zijn liedblaadjes staat telkens vermeld ” A. VAN DE VEIRE Knesselare”. Marie, de dochter van Tamboer vertelde mij dat hij in een woonwagen woonde, en dat hij gekend was als “de lange droese“. Wat het woord “droese” betekent, en waarom hij deze bijnaam kreeg, is mij ook niet bekend en kon ik ook niet achterhalen.”
Rond dezelfde periode, op 27 juni 1938 verongelukte een Aalterse wielrenner, met name Georges De Vreese. Hij werd op 31 oktober 1920 in Aalter geboren en was dus nog geen achttien jaar oud. Over dat smartelijk ongeluk bracht waarschijnlijk dezelfde marktzanger Van De Veire een even gebrekkig lied op de markt.